Pinksteren - Abdijkerk te Thorn (8 juni 2025; 09:45 uur)

Met Pinksteren laat de introïtus Spiritus Domini ons op deze feestdag al vanaf het eerste woord kennis maken met de Geest in een krachtige melodie, die opstijgt vanuit een geheimzinnige diepte om daarna uit te groeien tot een stormachtige wind die heel de aarde vervult. Het is dezelfde Geest die in boek Genesis over de wateren zweeft, die orde brengt in de chaos en de schepping voltooit.
Met Pinksteren brengt de Geest als een voorjaarsstorm nieuwe kracht in een oude wereld, voltooit de Geest een nieuwe schepping: zijn Kerk die door de kruisdood en verrijzenis van Christus in gang gezet is. De Geest biedt ons daarmee uitzicht op de eeuwigheid.
Op de melodie van de woorden replevit orbem terrarum zingt de Kerk haar jubel uit over de grootheid, de wijsheid en de macht waarvan de aarde vervuld raakt.
In het alleluia Veni Sancte Spiritus van Pinksteren zingen we het vers: “Kom heilige Geest, vervul de harten van uw gelovigen, en ontsteek in hen het vuur van uw liefde”. Daarmee vragen we zingend om kracht, waarmee we kunnen bouwen aan een wereld vol vrede, aan een wereld waarin het goed is om in te leven.
De communio Factus est repente beschrijft de situatie waarin de apostelen zich bevinden, terwijl er plotseling een hevige wind opsteekt. Ze worden allen vervuld van de heilige Geest, zij staan allemaal in vuur en vlam en beginnen op luide toon te praten over de grote dingen die God doet.
Sommige mensen, die op het geluid van de wind afkomen en de apostelen horen praten in allerlei talen, denken dat de apostelen wel dronken zullen zijn. Dat wordt even later in een toespraak door Petrus weerlegd.
Toch vind ik dat beeld van dronken zijn niet zo gek. De apostelen zijn vol enthousiasme over de daden van God, over Zijn liefde. Mensen die erg enthousiast zijn, die vol vuur in God geloven en vol geestdrift naar anderen toegaan om hen te zeggen dat God van ze houdt, die mensen worden niet voor vol aangezien, daarvan wordt gedacht dat ze te diep in het glaasje hebben gekeken.
In het Pinksterverhaal wordt het duidelijk, dat het gaat om mensen die “de Geest krijgen”, mensen die geïnspireerd verder gaan met het grote verhaal van God.
Dat is in onze huidige maatschappij best lastig, daar draait het vaak om eigen ontplooiing, om carrière en bezit.
Als je met geestdrift gelooft, staat God centraal. En soms kan dat onbezonnen en dronken overkomen, terwijl je zo nuchter als wat kunt nadenken en leven.
In een hymne van Ambrosius, Splendor Paternae gloriae, kunnen we steun vinden, daar beschrijft de zesde strofe het als volgt:
“Als Christus onze spijze is en het geloof tot lafenis, dan schenkt de Geest ons goede wijn, wij zullen nuchter dronken zijn”.
Als je gelooft, ben je niet gestoord en niet zonder verstand. Geloven is één groot feest van vreugde, een feest van dankbaarheid omdat God altijd nabij is.
Moge het zo zijn dat de Spiritus Domini ons inspireert om het vuur van Pinksteren alle overige dagen van het kerkelijk jaar brandend houden.
mei 2025